Het niveau van begaafdheid wordt tot de dag van vandaag nog steeds bepaald door IQ-testen. Langzaam maar zeker neemt echter een meer holistische benadering het voortouw.

Verschillende definitie modellen van hoogbegaafdheid

Voor hoogbegaafdheid bestaan verschillende definitie-modellen. Zo bestaan er ontwikkelingsmodellen, bijvoorbeeld het multifactorenmodel van Heller dat educatieve noden voor talentontwikkeling in rekening brengt. Twee eerdere modellen, van Renzulli en Mönks, worden samengebracht met de theorie van meervoudige intelligentie (Gardner).

Het model van Kieboom maakt dan weer een onderscheid tussen een cognitief luik en een ‘zijnsluik’, waarin het kenmerk sensitiviteit wordt opgenomen. Het andere luik, het denkluik, bestaat uit de kenmerken intelligentie, motivatie en creativiteit. Deze kenmerken werden ook opgenomen in het Delphi-model hoogbegaafdheid en lijken op de begrippen van het triadisch model van Renzulli, dat creativiteit en taakgerichtheid opneemt.

In het existentiële Delphi-model over hoogbegaafdheid worden zowel begaafdheidsfactoren als persoonlijke en maatschappelijke factoren verwerkt. Volgens dit model zijn hoogbegaafden curieuze, autonome en gedreven personen die snel en verstandig denken en om kunnen gaan met complexe materie.

Opmerking: vele definities van hoogbegaafdheid zijn gebaseerd op onderzoek in hoogbegaafde kinderen. Er bestaan echter ook definities specifiek voor volwassenen.

Waarom een IQ-test niet altijd volstaat

Een IQ-test is een goede bepaler van het werkgeheugen en het logisch en abstract redeneren. De testen falen echter in het bepalen van cruciale kenmerken zoals het beoordelingsvermogen van de geteste persoon in het echte leven. De testen kijken niet naar hoe kritisch een persoon omgaat met informatie en cognitieve bias.

Verder speelt ook concentratie een grote rol bij een IQ-test. Zo kan bijvoorbeeld iemand in een periode van sterk aanwezige vermoeidheid of angsten slechter scoren dan normaal. Niet enkel is een IQ-test een momentopname en kunnen de testresultaten dus variëren van jaar tot jaar, ze geven ook geen volledig beeld van de capaciteiten van iemand.

De processen van redeneren en de interesses van hoogbegaafden kunnen meerlagig en complex zijn. Wanneer we op holistisch niveau gaan kijken naar intelligentie (creatief, cognitief, fysiek, etcetera), wordt de begaafdheidsbepaling specifieker en de interpersoonlijke variatie tussen hoogbegaafden duidelijker.

Wij steunen jou. Steun jij ons ook?

NU DONEREN

© Tekst Falke Bogaerts | Redactie Chrisje Kalthoff-van der Pol | Beeld via Unsplash | Stichting Hoogbegaafd!