Terwijl in Nederland inmiddels meer dan duizend mensen zijn overleden aan de gevolgen van het COVID-19 virus, er een tekort aan IC-bedden dreigt te ontstaan en nog duizenden anderen nationaal en internationaal zijn besmet of overleden aan het coronavirus, voer ik als hoogbegaafd en hoogsensitief persoon mijn eigen strijd tegen het coronavirus.
Hoe tegenstrijdig is het, als je als hoogbegaafde altijd meer wilt weten over een onderwerp en altijd ‘waarom’-vragen hebt? Toen het virus voor het eerst in de media verscheen kwamen de berichten uit Wuhan (China). Ik wilde er meer over weten en las, las, las en las nogmaals en nog meer.
Wat eerst dagelijks lezen was, veranderde in uurlijks lezen, vooral toen in Italië het virus om zich heen greep. Ik las niet alleen, ik volgde de media op de voet, verdiepte me in diverse wetenschappelijke artikelen, zowel die van Nederlandse als die van buitenlandse wetenschappers, en wist dat het virus ook naar Nederland zou gaan komen.
De beelden van zieke artsen, verplegend personeel in Italië met ernstig slaaptekort, de angst die afstraalde van de gezichten van mensen, ze raakten me tot in mijn ziel. Sommige Nederlanders deden er nogal laconiek over, alsof het een gewoon ‘griepje’ betrof.
Wat nu ‘gewoon griepje’, dacht ik. Een ‘gewone griep’ bestaat voor mij niet.
Bij een griep moet je jezelf heel goed in acht nemen. Goed uitzieken, veel rust nemen en niet teveel inspannen, want als je dat wel doet kun je het aan je hart krijgen of er zelfs door overlijden, dus wat is een ‘gewoon griepje’? Dit was zeker geen ‘gewoon griepje’, maar een ernstig virus dat heel de wereld in zijn greep zou gaan krijgen.
En het virus verspreidde zich door Europa en belandde zo ook in Nederland.
Wie gaat er nu carnaval vieren terwijl je weet dat er een ernstig virus heerst?, vroeg ik me hardop af.
Het leek wel of carnaval vieren veel belangrijker was dan gezondheid. Hoe omgedraaid zijn de rollen nu?
Ik voorzag dat ik mijn werk zou moeten staken; het kon niet lang meer duren of het virus zou zich verspreiden naar de rest van Nederland. En zo geschiedde. Je kunt van mening verschillen over de maatregelen die het kabinet heeft genomen enkele weken terug.
Ziekenhuisbedden tekort, IC-capaciteit te weinig, keuzes die gemaakt moeten worden over mensenlevens: Wie laten we wel leven en wie niet?
Wilt u gereanimeerd worden als u het coronavirus krijgt?
Een vraag die op voorhand al gesteld wordt door artsen terwijl een mens nog niet eens getroffen is door het virus. Het is afschuwelijk. En dan de beelden van mensen in vluchtelingenkampen. Kleine kinderen, opeen geplakt, vlak naast elkaar in tenten, zonder zeep, nauwelijks hygiëne, wat voor rampspoed staat hen te wachten als het virus daar toe zou slaan? En vergeet de honderden overleden bejaarden in Spanje niet, die aan hun lot zijn overgelaten of hen die nog wel leven, maar al dagen tussen de doden hebben gelegen… hoe mensonterend is dat? Wat doet dat met een mens? Hoe raakt dat zijn familieleden?
Ik probeer sterk te blijven, ik zit al weken in quarantaine, probeer opdrachten binnen te halen voor mijn werk, maar soms word ik overvallen door een golf van verdriet. Daar waar ik eerst nog krantenartikelen las, lees ik nu een tijdlijn vol met COVID-19, kan de televisie niet aan of er wordt over corona gesproken en datzelfde geldt voor de radiozenders. Mijn netvlies kan het niet meer aan op dit moment. Ik ben niet bang; angst is je slechtste drijfveer. Het raakt me wel heel erg. Elk slachtoffer is er één te veel.
Niemand weet waar dit alles toe zal leiden; hoe zal onze economie hier bovenop komen en wanneer? En hoe moet het met al die ondernemers die vrezen voor hun bestaan? Hoe moet het met al die mensen in loondienst wiens werkgever mogelijk om zal vallen als deze donkere tijd voorbij is? Ik wil ook niet dat anderen failliet gaan of dat bedrijven omvallen.
Waarom werd er te weinig geluisterd naar arts Gommers, die weken terug al waarschuwde over het dreigende tekort aan IC-capaciteit?
En dan mijn zorg over de saamhorigheid. Overal lees ik dat dit mensen verbindt en dat men voortaan anders met elkaar om zal gaan. Ik geloof er niks van. Als dat zo zou zijn, dan hadden we toch massaal geleerd van onze geschiedenis? Dan was er nog altijd saamhorigheid in de maatschappij geweest en geen tweedeling. Ik denk dat wanneer dit alles achter de rug is, iedereen weer terugkeert naar zijn eigen IK-IK-IK-wereld, zich bezighoudt met zijn eigen leven en dat we uiteindelijk niks geleerd zullen hebben. Dan komen we gewoon weer bij elkaar, werken weer, doen onze gewone dingen weer en onze leuke uitjes.
En de Netflixers? Die Netflixen nu ook al, want dan hoeven ze niet na te denken over de gevolgen van het coronavirus. Soms ben ik weleens jaloers op die Netflixers. Dan zou ik willen dat ik ook zo was. Dat ik niet zoveel na zou denken, niet constant alles zou willen weten en lezen. Niet omdat ik nieuwsgierig ben, maar mijn leergierigheid, de voortdurende honger om constant meer te willen weten, me te verdiepen in tal van onderwerpen nekken me af en toe, en zeker nu! Ik kan de schrijnende beelden niet verdragen; het wordt me emotioneel gezien teveel.
Inmiddels houdt het grootste deel van de bevolking zich aan de regels. Dat is meer dan vorige week. De media noemen dit positief. Wel, ik denk weleens dat het overige deel van de bevolking dan in mijn woonplaats woont. Je mag af en toe naar buiten, als je maar afstand houdt. Ik moet af en toe naar buiten om mijn hond uit te laten, maar het is niet lekker nu om even een frisse neus te gaan halen. Per wandeling moet ik minstens vijf keer in de berm springen om fietsers te ontwijken die anders gewoon langs me heen razen, om andere hondenuitlaters te ontwijken of om de moeders te ontwijken die nog altijd met hun kindjes ‘gezellig boodschapjes gaan doen’ op de fiets. En dan al die spelende kinderen die ik zonder toezicht in speeltuintjes zie… Nee, ik geloof zeker niet dat zij allemaal hun handen wassen als ze thuis komen, want ik ken de meeste ouders, die overigens niet in het speeltuintje zijn om toezicht te houden. Die zijn vast thuis aan het Netflixen.
Niks ten nadele van mensen die Netflix leuk vinden. Ik bedoel dit niet als belediging naar hen die hier plezier uit scheppen, maar soms… zou ik echt willen dat ik een onnadenkende Netflixer was zoals ik hierboven heb omschreven. Alsof ik een mol ben die in winterslaap is en weer tevoorschijn komt als het lente wordt.
Het is al lente, maar voor mijn gevoel is het nog volop winter en donker en ik weet soms niet meer wanneer de zon zal gaan schijnen. Niet voor mezelf, niet voor anderen, ik weet het gewoon soms even niet meer. Zoveel gedachten, zoveel prikkels, het drijft me af en toe tot waanzin. Waanzin in mijn hoofd, chaos in mijn hoofd.
Ik heb al eerder op het randje van krankzinnigheid gestaan, daar ben ik toen uit gehaald met hulp van mijn omgeving, maar nu… in quarantaine… Ik probeer maar mijn gezonde verstand te gebruiken en zo min mogelijk informatie tot me te nemen. Ik moet wel, puur uit zelfbehoud. Want als ik niet geveld raak door corona, dan zou krankzinnigheid zich alsnog van mij meester kunnen maken en dat wil ik voorkomen.
Stilte dus, rust, zo min mogelijk prikkels… Was ik maar een Netflixer en geen hoogbegaafd en hoogsensitief persoon, dan zou het leven een stuk makkelijker zijn, denk ik.
In gedachten ben ik bij allen die zich inzetten om dit virus de kop in te drukken, soms met gevaar voor eigen leven. Niemand weet waar het heen gaat, waar de wereld naartoe gaat, en juist die wereld waarop we nu leven met zijn allen is krom. En toch… wil ik hier blijven, hopend op betere tijden, want die wens ik iedereen.
Samen sterk? De tijd zal het leren.
Helder geschreven, niet alles is even simpel voor iedereen. Zeker wel eens lastig.
Erg herkenbaar. Ik gebruik inmiddels af en toe Netflix of gewoon een random animal planet documentaire om de balans te maken, zodat mijn brein af en toe kan relaxen. Ontspanning is namelijk even belangrijk als inspanning. Als je die balans zo goed mogelijk kunt maken, kun je voorkomen dat je over het randje gaat. Veel liefs, Alies